Inmenging in Chili

Nixon en Kissinger hadden bij de verhouding met China en met de Sovjet-Unie verrassende doorbraken bereikt. Bij de kleinere spelers op het veld van de wereld speelde het onzalige duo echter de sterren beslist niet van de hemel. Met hun vaak arrogante machtspolitiek hadden zij weinig oog voor regionale belangen en contextuele factoren. Een van de landen waar dat op een pijnlijke manier zichtbaar werd, was Chili. De VS wist dat de Sovjet-Unie in Zuid-Amerika geen belangrijke rol speelde; lokale krachten waren daar veel belangrijker. Als deze krachten al naar de Sovjet-Unie keken, dan was dit vooral als tegenwicht tegen een overmaat aan Amerikaanse invloed. De landen in Zuid-Amerika hadden, anders dan de Oostbloklanden, geen slechte ervaringen opgedaan met de Sovjet-Unie, maar wel met de VS.

De marxist Salvador Allende had de Chileense verkiezingen al een keer verloren omdat de CIA zijn concurrenten had gesteund: rechtse tegenkandidaten en kandidaten uit het politieke midden. In september 1970 lukte het Allende om de meeste stemmen van alle presidentskandidaten te halen, maar nog geen meerderheid. De Chileense wetgeving bepaalde dat in deze situatie het parlement de president moest kiezen. Nixon zei op 15 september tegen Helms, de directeur van de CIA, dat een regering-Allende onaanvaardbaar was voor de VS. Helms kreeg tien miljoen dollar extra budget met het consigne: maak de economie van Chili kapot.

In het diepste geheim werden er plannen gemaakt voor een staatsgreep tegen of een moord op Allende. Daarvoor had de CIA de medewerking van het Chileense leger nodig. Tussen 5 en 20 oktober legde de CIA contacten met 21 sleutelfiguren bij de politie en het leger, buiten medeweten van het State Department of van de Amerikaanse ambassade in Santiago. Generaal René Schneider, de opperbevelhebber van het Chileense leger, hield zich strikt aan de grondwet en was tegen elke poging om de macht te grijpen. Schneider moest dus plaats maken voor gewilliger figuren. Op 19 oktober werd met steun van de CIA een poging gedaan om Schneider naar Argentinië te ontvoeren. De poging mislukte, evenals een tweede poging op de volgende dag. De CIA leverde op 22 oktober nieuwe wapens en munitie. Op die dag deed een andere groep een poging om Schneider te kidnappen, waarbij deze dodelijk gewond raakte.

De commissie van onderzoek van de Amerikaanse Senaat (Church-Committee) rapporteerde in 1975 dat zij tegenstrijdige informatie kreeg over de betrokkenheid van het Witte Huis na 15 oktober. Het Witte Huis beweerde dat het de stekker uit de operatie getrokken had, maar de CIA ontkende dit: het Witte Huis wist ervan en had alles goedgekeurd. Als het kader van een clandestiene operatie eenmaal vaststond, was het voor de CIA niet meer nodig om de uitwerking op onderdelen en details nog eens afzonderlijk te laten autoriseren. De conclusie van de commissie van onderzoek was dat ook in het kader van de Koude Oorlog moord onaanvaardbaar was. De VS moest andere normen hanteren dan haar tegenstanders. Wat generaal Schneider betreft, zo concludeerde de commissie, was er geen opdracht tot moord gegeven. De CIA (en misschien het Witte Huis) wisten dat leiders van de staatsgreep een ontvoeringspoging planden, en de generaal bleek deze poging helaas niet overleefd te hebben. Dat is een meer legalistische dan historische opvatting van de gebeurtenissen.

De zaak was door de commissie-Church bekend geworden. De documenten werden pas tijdens de regering van Clinton openbaar gemaakt. Het papieren spoor van bewijsmateriaal leidden rechtstreeks naar het kantoor van Henry Kissinger. De zonen van Schneider probeerden in 2001 in de VS een proces tegen Kissinger aan te spannen. Het kwam er niet van, omdat Kissinger voor zijn werk als nationaal veiligheidsadviseur onschendbaar voor rechtsvervolging was.

Een en ander voorspelde niet veel goeds voor het presidentschap van Allende, die op 24 oktober 1970 volgens de regels door het parlement werd verkozen en op 3 november zijn ambt aanvaardde. De Chilenen sloten na de politieke moord op Schneider massaal de gelederen achter de grondwet. Kissinger legde zich echter niet bij zijn nederlaag neer en drong er sterk bij Nixon op aan om maatregelen te nemen. De verkiezing van Allende was volgens hem het ernstigste probleem voor de VS op het westelijk halfrond en de beslissing die Nixon moest nemen was van historisch belang.

De VS ging over tot het uitoefenen van economische druk. Zij had daar ook de instrumenten voor. 75% van de Chileense winst op de buitenlandse handel kwam via de export van koper. Deze export was in handen van Amerikaanse multinationals. Het door Chili benodigde buitenlandse kapitaal kwam voor het grootste deel uit de VS. De staatsschuld van Chili was ook voor een groot deel in handen van de VS; voor het herstructureren van deze schuld was Amerikaanse medewerking nodig. 60% van de Chileense import kwam uit de VS. De Amerikaanse hulp aan Chili werd van 70 miljoen dollar uitgekleed naar een schamele 3 miljoen dollar. De gebruikelijke kredieten voor de jaarlijkse aankoop van 200.000 ton graan werden niet meer verstrekt. De VS gebruikte haar invloed bij de Wereldbank om Chili leningen te weigeren.

De CIA steunde de kranten van de oppositie en verstrekte misleidende informatie aan militaire leiders over plannen die Allende zou hebben. Allende had de politieke instituties van Chili (het leger, de rechterlijke macht en de wetgevende macht) niet vast in handen; daarom was zijn regering niet stabiel. Deze onbalans kon uit het lood getild worden. Allende lag al spoedig onder vuur van rechts, en nu werd links ook nog ongeduldig vanwege het langzame tempo van de socialistische hervormingen. Er braken stakingen uit en de regering wankelde. Op 11 september 1973 werd Allende door het leger ten val gebracht. Hij liet daarbij het leven.

Hoe men ook denkt over de interne Chileense verhoudingen, de ”olifant in de kamer” is natuurlijk de vraag wat de VS eigenlijk in de binnenlandse aangelegenheden van Chili te zoeken had. Beschouwde de VS Chili als haar achtertuin? Maar de geografische afstand tussen Washington en Santiago is groter dan die tussen Washington en Moskou. Tot 11 september 1973 was Chili een democratie. Dat kon niet meer gezegd worden nadat generaal Pinochet de macht gegrepen had. Duizenden links georiënteerde mensen werden vermoord of verdwenen in Nacht und Nebel-achtige omstandigheden; tienduizenden werden achter slot en grendel gezet. Chili verdween met steun van de VS onder een militaire dictatuur.

Er mocht geen democratisch gekozen socialistische regering bestaan. Het was des te triester omdat elders in de wereld de trend anders was. In april 1974 begon in Portugal, dat van 1932-1968 onder de plak van Salazar gezeten had, een democratische revolutie. In de zomer van 1974 sneuvelde het kolonelsbewind van Griekenland. In november 1975 overleed Franco na een bewind over Spanje van bijna veertig jaar. Overal leek de democratisering de kop op te steken, maar in Chili ging het precies in de omgekeerde richting. Pinochet bleef tot in 1990 aan de macht. Zijn staatsgreep, vonden velen, was geen interne Chileense aangelegenheid geweest. Hier moest de CIA wel achter gezeten hebben. The documents record a sinister, cynical and shocking act of political terrorism, concludeert het onafhankelijke National Security Archive in een bijdrage van 22 oktober 2020 (Briefing Book # 728).

Gepubliceerd door dsdiederik

Emeritus predikant met liefde voor geschiedenis. Muzikaal taalkunstenaar. Schrijft over Koude Oorlog.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: