Johnson en Vietnam: het Tonkin-incident

In 1964 droeg de CIA een in 1961 gestart pakket van geheime operaties aan het Military Assistance Command Vietnam (MACV) over. De reeds begonnen infiltraties in Noord-Vietnam werden wegens gebrek aan succes beëindigd. De prikacties van de Zuid-Vietnamese marine tegen de havens en marinebases van Noord-Vietnam werden echter met Amerikaanse steun uitgebreid: Operation 34a. Amerikaanse marineschepen verzamelden daarbij inlichtingen over de manier waarop de Noord-Vietnamese defensie reageerde en legden de gebruikte radarfrequenties vast.

Op 2 augustus berichtte het Amerikaanse marineschip Maddox dat het aangevallen werd door drie Noord-Vietnamese torpedoboten. De Maddox had de afgevuurde torpedo’s weten te ontwijken en uit zelfverdediging het vuur geopend. Vliegtuigen van een Amerikaans vliegdekschip schoten te hulp. De torpedoboten werden beschadigd en tot zinken gebracht. Dat de Zuid-Vietnamese marine tegelijkertijd met een van haar vele prikacties bezig was, werd niet naar buiten gebracht. Twee dagen later voer de Maddox, nu vergezeld door een zusterschip, weer in of bij de territoriale wateren van Noord-Vietnam. Noord-Vietnam had evenals China de grens van de territoriale wateren op 12 mijlen uit de kust vastgesteld, maar de VS erkende deze ruime territoriale grens niet. De schepen dachten dat ze ook deze keer onder vuur werden genomen maar berichtten later dat zij er niet zeker van waren of er ook sprake kon zijn van een misverstand. Het Tonkin-incident is minstens ten dele uitgelokt door de prikacties van de Zuid-Vietnamese marine.

Op 4 augustus lichtte Johnson de leiders van het Congres in en sprak hij voor de tv over herhaaldelijke aanvallen (meervoud!) op Amerikaanse marineschepen. Hij vermeldde de prikacties en aanvallen aanvallen op Noord-Vietnam in het kader van Operation 34a niet. Noord-Vietnam werd als agressor neergezet, en Johnson meldde dat de Noord-Vietnamese thuisbases van de torpedoboten inmiddels waren gebombardeerd. Op een golf van publiek patriottisme nam het Congres op 7 augustus een resolutie aan die de president machtigde om in Zuidoost-Azië militaire middelen te gebruiken zonder oorlogsverklaring door het Congres. In één klap had het Congres zichzelf buiten spel gezet door Johnson in het verkiezingsjaar 1964 een blanco volmacht te verstrekken. Bij de oorlog in Korea had Truman geen machtiging van het Congres gevraagd. Dit verzuim maakte politieke oppositie tijdens de oorlog mogelijk. Johnson wilde dit verzuim vermijden. De resolutie was echter een van de ergste vergissingen van het Congres op het gebied van de buitenlandse politiek. Ook al kregen de generaals nog niet de vrije hand, Johnson had nu wel politieke rugdekking.

1964 was een verkiezingsjaar. Tijdens de verkiezingscampagne werd Johnson bejubeld. Hij kwam onder de schaduw van de Kennedy’s vandaan, maar hoedde zich – anders dan zijn tegenkandidaat, de Republikeinse havik Goldwater – ervoor om ferme uitspraken over Vietnam te doen. Hij beloofde dat hij niet op korte termijn Amerikaanse jonge mannen overzee zou sturen voor het karwei dat Aziatische leeftijdgenoten voor hun rekening moesten nemen. In november 1964 won Johnson de presidentsverkiezingen met een overweldigende meerderheid, deze keer een èchte landslide. Goldwater was kansloos. Goldwaters campagneslagzin was: in your heart you know he is right. De tegenslagzin van de Democraten was: in your guts you know he is nuts. Johnson had nu ook zijn electorale legitimatie.

Toch had ook Johnson met smalle marges te maken. Van zijn achterban maakten machtige conservatieve senatoren uit de zuidelijke staten deel uit. Zou Johnson om de Amerikaanse inzet in Vietnam te vergroten de begroting verhogen en reservisten oproepen, dan zouden deze conservatieven de financiering van de door Johnson zo gewenste Great Society met haar broodnodige politieke en sociale hervormingen in gevaar kunnen brengen. Deze senatoren waren toch al geen voorstander van ingrijpende sociale hervormingen. Een maximale escalatie bracht twee andere gevaren met zich mee: het risico van een oorlog van de VS met China, en Zuid-Vietnamese traagheid: waarom zouden zij zich voor hun land inzetten als zij dit aan de Amerikanen konden overlaten? De Amerikanen waren veel anti-communistischer dan de Vietnamezen. Een minimale escalatie zou echter door conservatieve Democraten en Republikeinen niet gedoogd worden: dat zou neerkomen op een verloren laten gaan van Zuid-Vietnam, terwijl de VS al leed aan een China-syndroom. Zou er wel draagvlak zijn geweest voor een Amerikaanse aftocht uit Vietnam?

Johnson had een veelomvattende resolutie en een klinkende verkiezingsoverwinning op zak, maar kon dit kapitaal niet verzilveren. Nadat het Congres de machtiging verstrekt had en Johnson gekozen was, was hij alleen ook verantwoordelijk voor het eindresultaat. De verantwoordelijkheid werd niet meer gedeeld in een politiek debat. De enige plek voor het publieke debat was de pers, maar het Witte Huis hield de pers op een afstand. Politiek gevoelige zaken mochten niet uitlekken en dissidenten werden op een zijspoor gerangeerd. Ook vicepresident Hubert Humphrey werd vanwege zijn verzet tegen escalatie van de oorlog een tijdlang van de beraadslagingen uitgesloten. De militaire top zette Johnson steeds zwaarder onder druk. Hij koos daarom de weg van een heimelijke escalatie in kleine stappen.

Gepubliceerd door dsdiederik

Emeritus predikant met liefde voor geschiedenis. Muzikaal taalkunstenaar. Schrijft over Koude Oorlog.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: