De Koreaanse oorlog (10 en slot)
Japan had niet aan de oorlog deelgenomen, maar kwam er wel als grootste winnaar uit. Het land werd strategisch van groot belang voor de VS. De oorlog bracht voor Japan een grote economische opleving met zich mee. Aan het einde van de oorlog produceerde Toyota in samenwerking met Ford 1.500 vrachtwagens per maand, een vervijfvoudiging van het oorspronkelijke aantal. In plaats van op demilitarisering en zuivering begon het Amerikaanse bezettingsbeleid zich te richten op economische groei en politieke stabiliteit. Negentien oorlogsmisdadigers werden vrijgelaten; enkelen van hen maakten politiek carrière en brachten het tot premier van Japan. De zuiveringen werden voortaan op de communisten gericht. In 1951 kwam er een vredesverdrag met de VS tot stand, waarbij de Volksrepubliek China, Taiwan, en de Sovjet-Unie niet betrokken waren. De VS mocht haar bases op Japans grondgebied behouden en Japan werd door een veiligheidspact met de VS verbonden. Er kwam echter ook een onbetaalde rekening te liggen. De Amerikaanse waarheid was bepalend, dus de Tweede Wereldoorlog begon voor Japan voortaan in december 1941 (Pearl Harbor) en eindigde in december 1945 (de capitulatie). Wat Japan voor 1941 aan oorlogsmisdaden en wandaden had aangericht in Korea en China werd nauwelijks meer besproken. Dat mensen levenslang met de gevolgen zaten, was geen Japans probleem meer: de rekening was met Hiroshima, Nagasaki en het vredesverdrag toch wel betaald? De (Koreaanse) vrouwen die tot prostitutie gedwongen zijn door de Japanners (“troostmeisjes”) hebben jarenlang gewacht op een Japans excuus. De oorlogsmisdaden met chemische en biologische wapens tegen de Chinese burgerbevolking bleven nagenoeg onbespreekbaar.
Noord-Korea was weer terug bij af. Het was niet gelukt om beide Koreaanse staten in één communistische staat te verenigen. Dat ideaal was nu verder weg dan ooit, omdat de wereld nu voor Kim op haar hoede was en omdat de VS aan Zuid-Korea een veiligheidsgarantie had verstrekt. Noord-Korea had de oorlog verloren. Het land was dermate verwoest dat het er zonder buitenlandse hulp nooit bovenop kon komen. Die hulp werd verleend. Op 23 november 1953 sloten Mao en Kim een voor Noord-Korea voordelig economisch pact. De volledige oorlogsschuld die het land aan China had, werd kwijtgescholden. Ook nam China de complete reparatie van het Noord-Koreaanse spoorwegnet voor haar rekening. De Chinezen gingen daarbij subtiel te werk om Noord-Koreaanse gevoeligheden te ontzien. Chinese militaire eenheden mochten in het land alleen aan vlagvertoon doen na voorafgaande toestemming van de regering van Noord-Korea. Verder leverde China gebruiksgoederen. De Sovjet-Unie leverde machines die op de langere termijn rendement opleverden. De DDR schoot te hulp bij de reparatie van de cementindustrie. Dat deed zij met veel luidruchtige propaganda over internationale socialistische solidariteit. Noord-Korea trok zich terug in een zelf gekozen isolement. Tegen alle verwachtingen in werd Kim niet overdekt met pek en veren weggejaagd, maar als held vereerd. Hij was degene die met zijn visie en doorzettingsvermogen het machtige Amerika op afstand had gehouden en zelfs een modderfiguur had laten slaan. Het land kwam vol te staan met tienduizenden monumenten voor Kim. Dat Noord-Korea de oorlog alleen dankzij Chinese tussenkomst had overleefd, is in de geschiedschrijving en musea vakkundig onzichtbaar gemaakt. Talloze mensen kwamen om door hongersnoden die ontstonden door het onhaalbare staatsideaal van de autarkie. Talloze anderen zijn vanwege hun overtuiging of geloof in de onmenselijke arbeidskampen verdwenen. Deze verliezen kwamen boven op de 1 miljoen slachtoffers die de oorlog had gekost. Qua naargeestigheid stond Noord-Korea in Azië op dezelfde eenzame hoogte als Albanië destijds in Europa.
Zuid-Korea telde 415.000 slachtoffers. De hoofdstad Seoul was viermaal veroverd en heroverd. De verwoestingen in het hele land waren groot. Het onsympathieke regime van Rhee kreeg een Amerikaanse veiligheidsgarantie. Amerikaanse strijdkrachten bleven in het land gelegerd. Als Rhee nieuwe militaire avonturen tegen Noord-Korea zou beginnen, zouden de Amerikanen hun strijdkrachten terugtrekken en hun veiligheidsgarantie als vervallen verklaren. Door de militaire en economische steun van de VS werd het land langzaam maar zeker gemoderniseerd. De vernieuwingen in de economie en in het leger vroegen uiteindelijk ook om andere instituties. De archaïsche en autocratische stijl van Rhee paste niet meer bij de nieuwe situatie. Hij moest plaats maken voor anderen. Zuid-Korea groeide uit tot een democratie en werd economisch een van de Asian tigers. In 1988 huisvestte het land de Olympische zomerspelen. Nu in Europa het IJzeren Gordijn verdwenen is, is de deling van het land een open wond. Men verlangt naar het moment dat boven Pyongyang, eens de bakermat van het christendom in Korea, de kerkklokken weer kunnen luiden. Dat bleek ook tijdens de in 2013 in Busan gehouden assemblee van de Wereldraad van Kerken. Voorlopig moet men zich echter beperken tot het afremmen van een al te agressieve politiek van de VS, tot het mogelijk maken van handel met en tot het verlenen van noodhulp aan Noord-Korea.
De Sovjet-Unie had in Europa verloren. Haar strategie met het oog op Duitsland was mislukt. Stalin had het licht voor de aanval op Zuid-Korea op groen gezet om het verlies te compenseren. Deze poging is niet geslaagd. In West-Europa leidde de oorlog in Korea tot het uitgroeien van de NATO tot een volwaardig militair bondgenootschap waarvan ook Spanje, Portugal, Italië, Griekenland en Turkije deel van uit gingen maken. De Bondsrepubliek Duitsland mocht zich binnen het verband van de NATO herbewapenen. De Bondsrepubliek mocht volgens afspraak geen nucleaire, biologische of chemische wapens maken of daarover beschikken. Ook in Azië maakte de Sovjet-Unie geen terreinwinst. De rol van de Sovjet-Unie in de oorlog was nauwelijks zichtbaar en leverde veel minder goodwill op dan die van China. De luchtsteun en de wapenleveranties trokken weinig aandacht. Als het er om ging een bleeder voor de VS te organiseren, slaagde de Sovjet-Unie in haar opzet – maar schoot zij tegelijkertijd zichzelf en haar Oost-Europese bondgenoten in de voet. De VS begon immers haar tanden te laten zien. In de VS kregen door de oorlog in Korea de angstvisioenen van NSC-68 een te hoog werkelijkheidsgehalte. Het defensiebudget werd verviervoudigd. De VS begon haar verwaarloosde conventionele strijdkrachten te moderniseren en begon tegelijkertijd aan een nieuwe wapenwedloop met de waterstofbom. Deze wapenwedloop was voor de Sovjets ondanks inspanning van alle krachten niet te winnen. Dulles smeedde een internationaal loopgravenstelsel van 42 bilaterale en 3 regionale allianties. Men sprak over Dulles’ pactomania. Het papier was overigens bij deze verdragen indrukwekkender dan de bereidheid om daadwerkelijk bij te dragen aan de lasten van de gezamenlijke verdediging. Maar aan dit stelsel van pacten kon de Sovjet-Unie niet tippen. De klassieke vraag was altijd of men kanonnen of boter moest produceren. De VS was in staat om beide te doen en haar bondgenoten daarin mee te nemen. Door de wapenleveranties aan China en Noord-Korea kon er in de Sovjet-Unie en in haar satellietstaten onvoldoende boter (lees: gebruiksgoederen) worden geproduceerd. Schraalhans bleef op dit gebied keukenmeester. Dit was een van de kiemen van de latere onrust in de DDR, Polen, Tsjechoslowakije en Hongarije. Zonder de oorlog in Korea zouden de Sovjet-Unie en haar satellietstaten beter af zijn geweest. Stalin heeft zich aan de oorlog vertild en als strateeg gefaald.
Dat falen gebeurde ook in Europa. Op 10 maart 1952 overhandigde Gromyko aan de vertegenwoordigers van de VS, Groot-Brittannië en Frankrijk een diplomatieke nota over de oplossing van het Duitse probleem. De nota was achter de schermen volledig afgestemd met de leiders van de DDR en was eigenlijk een geesteskind van Walter Ulbricht. Wat moesten de westelijke grootmachten – en vooral bondskanselier Adenauer – met dit verzoek om vredesonderhandelingen om te komen tot een verenigd, democratisch en neutraal Duitsland? Dit nieuwe Duitsland zou geen onderdeel van een machtsblok zijn, toegang tot alle markten hebben en er een eigen defensiemacht op na mogen houden. Adenauer voelde niets voor het idee en gaf er de voorkeur aan om de Bondsrepubliek eerst sterker in het westen te integreren voordat er herenigingsplannen werden gemaakt. Gehoor geven aan Stalins voorstel zou immers betekenen dat het nieuwe Duitsland binnen de invloedssfeer van de Sovjet-Unie terecht zou komen. Stalin was niet geschikt voor de rol van ontspanningspoliticus. Was de koele reactie van het westen op Stalins voorstellen een gemiste kans? Dan moet men aannemen dat Stalin zijn voorstel serieus bedoelde. Maar in dat geval maakte hij een grote inschattingsfout: hoe kon het westen zijn aanbod serieus nemen terwijl er in Korea een oorlog aan de gang was, die de bedoeling had om de twee Koreaanse staten met geweld te verenigen? Het is waarschijnlijker dat het om een propaganda-manoeuvre ging. Toen het westen zijn aanbod afwees en in mei 1952 het verdrag met de Bondsrepubliek sloot, had Stalin de aflaat in handen om zichzelf als tevergeefs kampioen van de Duitse eenheid te presenteren en de grens tussen beide Duitse staten grotendeels af te sluiten. Met de oorlog in Korea was Stalin er alleen maar in geslaagd om de oppositie tegen zichzelf te organiseren.
Voor de Volksrepubliek China betekende de oorlog in Korea de doorbraak. Mao kwam uit de oorlog tevoorschijn als de leider van een geslaagde revolutie. Hij had zichzelf bewezen door het tegen de VS op te durven nemen. Hij kon nu de Sovjet-Unie als gelijkwaardige partner in de ogen gaan kijken. Veel landen in het Zuiden zagen China als het nieuwe voorbeeld en rolmodel. De Volksrepubliek werd een wereldmacht en ambieerde ook een rol als wereldleider. Daarvoor was een verdere modernisering van China nodig. De door deze “Grote Sprong Voorwaarts” veroorzaakte hongersnoden kostten tientallen miljoenen mensen het leven. Mao placht dan te zeggen dat de revolutie geen gezellig etentje was. De oorlog in Korea had China een half miljoen slachtoffers gekost. Aan mensenlevens had China – cynisch gesproken – een bijna onuitputtelijke voorraad.
Taiwan speelde bij de gevechtshandelingen geen enkele rol. Militaire avonturen van of tegen Taiwan waren niet mogelijk vanwege de door de US Navy gelegde blokkade van de Zeestraat van Formosa. In de Chinese propaganda speelde de “afvallige provincie” wel een grote rol. Mao beschouwde de blokkade als een oorlogsdaad en als ongeoorloofde inmenging in de binnenlandse aangelegenheden van China. Psychologisch speelde Taiwan in de VS een grote rol. Via de China-Lobby zag de kleine staat kans om decennia lang de buitenlandse politiek van de VS in Azië te domineren.
Tenslotte de VS. Zij had 142.000 doden en gewonden te betreuren. Zij was er in geslaagd de agressie van Noord-Korea tegen te gaan en zelfs twee maal een dreigende nederlaag af te weren: eerst bij Busan en later bij de Chinese tussenkomst in Noord-Korea. De oorlog gewonnen had de VS niet, maar zij had de oorlog ook niet verloren. De winst- en verliesrekening is echter gecompliceerd. Als er al sprake was van een relatie met China – door het lobbywerk van Taiwan en zijn supporters kon er geen sprake zijn van diplomatieke betrekkingen – dan was de relatie door de oorlog nog meer onder spanning komen te staan. Het buitenlandse beleid van de VS ten aanzien van China raakte verwrongen: een wereldmacht van 600 miljoen inwoners werd genegeerd ten gunste van een eilandstaat van Tsjang met nog geen tien miljoen inwoners. Feiten werden door ficties vervangen. Door de samenzweringsgekte in de VS hadden de meeste Azië-specialisten van het State Department ergens anders een goed heenkomen gezocht. Het kostte jaren om de onvervangbare expertise weer enigszins op te bouwen. De relatie tussen de Volksrepubliek en de VS werd pas op 1 januari 1979 genormaliseerd door het aangaan van diplomatieke betrekkingen.
De vraag: who lost China? bleef traumatisch voor de Democraten, ook toen zij met Kennedy weer aan de macht kwamen. Door de oorlog in Korea raakte de VS bij de Franse koloniale strijd in Vietnam betrokken; na de Franse aftocht namen zij in Zuid-Vietnam de rol van de Fransen over. Zuid-Vietnam mocht voor de Democraten geen “tweede China” worden. Zuid-Vietnam redden van de communisten werd bijna het spiegelbeeld van het aan de macht blijven van de Democraten. Zo gebeurde hetzelfde als in Korea gebeurd was: een asymmetrische oorlog waarin een modern en goed bewapend militair apparaat niet bestand bleek tegen een guerrilla die heel andere strijdmethoden hanteerde. Net als in de Chinese burgeroorlog ontstond een dubbele waarheid: een waarheid te velde, en een geheel andere waarheid die geschikt geacht werd voor consumptie door het thuisfront. Door de oorlog in Korea was de VS van mening dat zij ook elders in de wereld in actie moest komen om, waar zij deze ook maar vermoedde, communistische agressie tegen te gaan. Truman had goed gezien dat er een aantal instituties voor nationale veiligheid moest zijn. De veiligheid en de internationale verhoudingen konden niet meer geregeld worden in long telegrams of artikelen in Foreign Affairs. De tragiek was echter dat deze instituties zich vergisten of onder de druk kwamen te staan van lobbygroepen of politieke belangen. Niet alleen bij de Sovjet-Unie, maar ook elders werden dreigingen geconstrueerd. Instituties voor nationale veiligheid konden met hun geheimhouding, bevoegdheden en dreigingsinflatie zèlf een bedreiging gaan vormen. De wereld veranderde van bipolair naar multipolair, alleen al door het opkomen van China. Door de wereld bipolair te blijven benaderen, nam de VS een rol op zich die haar niet paste – politieman van de wereld – en die zij niet wenste: kolonisator nieuwe stijl.