Duitsland: opdelen of delen?

De Duitse kwestie (1)

Bij zijn afscheid als president op 15 januari 1953 zei Truman tegen het Amerikaanse volk dat hij bijna elke dag van zijn presidentschap bezig was geweest met de Koude Oorlog. De VS kon deze strijd tussen hen die de vrijheid liefhadden en de nieuwe slavendrijvers winnen. Enkele dagen eerder had hij in zijn laatste rapport aan het Congres over de State of the Union verklaard dat de communisten verantwoordelijk waren voor het ontstaan van de Koude Oorlog. Voor het beëindigen ervan was het nodig dat de Amerikanen vastberaden bleven en dat de Sovjet-Unie een stap terug deed. In het door de National Security Council vastgelegde geheime beleidsdocument NSC-68 stond te lezen dat de Koude Oorlog een echte oorlog was. Deze oorlog was inmiddels in Korea harde werkelijkheid geworden. Het lukte maar niet om daar tot een wapenstilstand te komen. Iedereen begreep meteen wat Truman met de term: Koude Oorlog bedoelde.

In april 1945, toen Truman de overleden Roosevelt moest opvolgen, was deze term echter onbekend. Het was niet bij voorbaat duidelijk dat uit het verstandshuwelijk van de Grote Alliantie op korte termijn het ongewenste kind van de Koude Oorlog geboren zou worden. Stalin was in 1945 voor velen een respectabele bondgenoot die met zijn Rode Leger de gehate Wehrmacht had vernietigd. Had, vergeleken daarbij, het kapitalistische systeem met zijn twee wereldoorlogen en een jarenlange economische crisis daar tussen in niet jammerlijk gefaald? Niemand uit het publiek dacht in april 1945 aan een Koude Oorlog. De term is voor het eerst gebruikt door George Orwell in oktober van dat jaar (Tribune, 9 oktober 1945). Later kreeg de uitdrukking in de VS brede bekendheid. Baruch, adviseur van Truman, zei in een toespraak in North-Carolina op 16 april 1946 dat de VS zich midden in een Koude Oorlog bevond. De columnist Lippmann bundelde in 1947 een aantal van zijn artikelen in een boek met de titel The Cold War, a Study in US Foreign Policy. De term: IJzeren Gordijn was eerst alleen in de theaterwereld bekend als een brandwerende voorziening die tussen het podium en de zaal kon worden neergelaten. Goebbels gebruikte de term voor het eerst om er de scheiding tussen Oost en West mee aan te duiden (25 februari 1945, als reactie op de conferentie van Jalta). Later werd de uitdrukking algemeen bekend door de toespraak van Churchill in Fulton, Missouri, op 5 maart 1946.

Een ware aardverschuiving: binnen enkele jaren was Stalin van bondgenoot in boeman veranderd. En Duitsland veranderde omgekeerd van boeman en bron van alle ellende in Europa in een onmisbare bondgenoot in de strijd tegen het communisme. Bijna niemand zag dat in 1945 aankomen. Pas achteraf worden de lijnen min of meer helder.

Al vroeg in de oorlog kwam het opdelen van Duitsland ter sprake. Waren de Duitse ziel en het Duitse land niet verantwoordelijk voor alle ellende van de afgelopen decennia? De gruweldaden van de concentratiekampen speelden in dit stadium nog geen rol. Roosevelt was meer geïnteresseerd in de grote lijnen van een nieuwe wereldorde na de oorlog dan in allerlei Europese details. Duitsland kon wat hem betreft op allerlei manieren opgedeeld of in factoren ontbonden worden. België, Bourgondië, Lotharingen en Nederland konden onder internationale controle opgaan in een nieuwe staat met de naam Wallonia. Bij de topconferentie van Teheran stond het opdelen van Duitsland kamerbreed op de agenda. Churchill gaf er de voorkeur aan om Pruisen van Duitsland af te splitsen. Beieren, Oostenrijk en Hongarije zouden een “Donaufederatie” moeten vormen. Stalin voelde daar niet voor. Een dergelijke federatie zou een te gemakkelijke prooi worden voor een nieuw Duitsland dat revanche wilde nemen. Het was daarom volgens hem beter dat Oostenrijk en Hongarije zelfstandige staten zouden blijven. Hij wilde wel meepraten en onderhandelen, maar geen definitieve maatregelen nemen die een latere hereniging van Duitsland onmogelijk zouden maken. Het hele dossier werd in handen gesteld van de European Advisory Commission (EAC) die door de drie ministers van buitenlandse zaken was voorbereid en voorgesteld. Deze commissie begon in Londen in 1944 met haar werk.

Op het niveau van de ministers en hun topambtenaren was er minder enthousiasme over de plannen tot opdeling van Duitsland. Waren er in Duitsland wel naoorlogse breuklijnen te vinden waarlangs op natuurlijke wijze een opdeling zou kunnen plaatsvinden? Zo niet, dan zou men een opdeling moeten forceren. Van Duitse kant zou dit verzet oproepen. De Britten waren aan het einde van hun financiële mogelijkheden en wilden geen extra menskracht inzetten om het te verwachten verzet te breken. Ook de beroemde econoom Keynes riep op tot voorzichtigheid. Duitsland was altijd de economische motor van Europa geweest; een naoorlogs economisch herstel van Europa zou zonder Duitsland onmogelijk zijn. Ook de Sovjets vroegen zich af hoe er zaken met Duitsland konden worden gedaan (de herstelbetalingen waren een aangelegen punt!) als er geen centrale Duitse instantie was die voor het geheel zou kunnen spreken. De voor de opdeling ingestelde subcommissie van de EAC schoot dus niet erg op met haar werk. De Britten brachten allerlei gedetailleerde ideeën in, maar in de VS was er een stammenstrijd gaande tussen het State Department en het War Department. De militairen vonden dat de diplomaten teveel op hun terrein kwamen. Het sturen van instructies naar Londen werd gesaboteerd, met stilzwijgende goedkeuring van Roosevelt die met diplomaten en hun eindeloze discussies over formuleringen weinig op had. Engelse regelzucht rijmde niet op Amerikaanse nonchalance. De Sovjets beweerden dat zij helaas geen expertise hadden in het opdelen van landen…

Minister Eden van buitenlandse zaken stelde zijn Amerikaanse collega van financiën Morgenthau op de hoogte van de problemen rond het onderwerp. Tijdens een in september 1944 in Quebec gehouden conferentie van Roosevelt en Churchill legde Morgenthau een eigen memorandum op tafel. De inhoud kwam neer op een volledige ontwapening en ontmanteling van Duitsland als industrieland na de oorlog. Het Roergebied (het liep in het memorandum door tot in Schleswig-Holstein ten noorden van het Noord-Oostzeekanaal) moest van alle industrie worden ontdaan. De geschoolde arbeidersbevolking zou elders een goed heenkomen zoeken. De mijnen dienden te worden vernield en de bevolking kon voortaan wel van landbouw en veeteelt leven. Van Duitsland zouden een noordelijke en een zuidelijke rompstaat overblijven. Het Saarland (het liep in het memorandum door tot aan de Moezel en de Rijn) zou in Franse handen overgaan. Zelfs het dragen van militaire onderscheidingstekenen, het houden van parades en het bestaan van militaire orkesten moesten volgens het memorandum worden verboden.

Churchill zag niets in het plan. Duitsland was altijd een industriële grootmacht geweest, een economische motor in Europa. Zou Groot-Brittannië na de oorlog, als economisch herstel essentieel was, gekoppeld worden aan een lijk op het vasteland? En waarmee zouden de Duitsers zich moeten voeden, als zij geen exportproducten meer mochten fabriceren om de import van voedsel te kunnen financieren? Churchill moest echter zijn verzet opgeven toen Morgenthau hem onder druk zette met de toekomstige kredieten die Groot-Brittannië van de VS nodig zou hebben. Churchill en Roosevelt zetten uiteindelijk hun paraaf onder een iets gewijzigde versie van het plan.

Morgenthau’s collega’s van buitenlandse zaken en defensie, de ministers Hull en Stimson, vonden echter dat Morgenthau zich had begeven op het aan hen toegewezen terrein. Zij zagen geen heil in een plan dat neerkwam op een herhaling of zelfs een kwadratering van het vredesverdrag van Versailles, dat na de Eerste Wereldoorlog voor zoveel ellende had gezorgd. Tijdens een lunch op het Witte Huis las Stimson de overeenkomst nog eens in haar geheel aan de president voor. Het werd aan Roosevelt duidelijk dat uitvoering van het plan 40% van de Duitse bevolking de hongerdood in zou jagen, tenzij er op grote schaal voedselhulp werd verleend. Hij zei zei dat hij niet begreep hoe hij ooit zijn paraaf onder dit document had kunnen zetten. Hij wilde nu niets meer weten van gedetailleerde plannen voor een land dat nog veroverd en bezet moest worden. Roosevelt had wel vaker de neiging om onplezierige details voor zich uit te schuiven. Dit beleid van uitstel betekende echter dat de naoorlogse vormgeving van Europa in eerste instantie niet door politici maar door militairen werd vastgesteld: het kwam er op aan waar de frontlijnen op het moment van de Duitse capitulatie zouden lopen.

Op korte termijn versterkte het Morgenthau-plan het verzet van de Duitsers. De propagandamachine van Goebbels maakte meteen melding van een moorddadig Joods plan dat door Roosevelt en Churchill was goedgekeurd. Op langere termijn ontstond onhelderheid in de Britse en Amerikaanse bezettingszones. Er ontstond een stammenstrijd tussen enerzijds de Amerikaanse apparaten voor defensie en buitenlandse zaken, die het bezettingsbeleid moesten uitvoeren, en anderzijds het Amerikaanse ministerie van financiën en zijn vertegenwoordigers in de bezettingszones, die onverkort hun Morgenthau-orthodoxie uitdroegen – ook toen het opdelen van Duitsland al niet meer aan de orde was. Duitsland moest zoveel mogelijk ontmanteld worden. Het plan paste wel naadloos in het Franse revanchisme. Maar de Franse claims waren niet in proportie met de geringe oorlogsinspanningen van het land. Stalin steunde de Franse pretenties niet. Pas in 1947 stierf het Morgenthau-plan na een langdurig sterfbed een stille dood.

Tijdens de topconferentie van Jalta probeerden twee van de drie leiders het vraagstuk van de opdeling van Duitsland nog te reanimeren. Churchill en Roosevelt herhaalden wat zij in Teheran al gezegd hadden. Stalin hield zich op de vlakte en meldde niet dat hij eigenlijk van gedachten was veranderd. Hij had immers meer belang bij het effectief binnenhalen van herstelbetalingen dan bij het zaken doen met een veelheid van niet levensvatbare Duitse ministaatjes. In Jalta werd besloten dat de drie ministers van buitenlandse zaken als subcommissie van de EAC de kwestie zelf ter hand zouden nemen en binnen een maand met een rapport zouden komen. De Fransen waren lid geworden van de EAC maar werden op dit punt buiten de deur gehouden: als zij nu mee zouden gaan doen, moesten alle resultaten die men unaniem bereikt had weer opnieuw ter discussie worden gesteld. Dat wilde men vermijden. Het kwam er echter niet meer van: de ministers wisten geen resultaat te boeken. Roosevelt was overleden en er was niemand meer in Washington te vinden die zich met gezag sterk kon maken voor het opdelen van Duitsland. Op 8 mei 1945 verklaarde Stalin in een boodschap aan de volkeren van de Sovjet-Unie dat de Sovjets niet de bedoeling hadden om Duitsland op te delen of te vernietigen. Toen de VS hem om opheldering vroeg, zei hij dat hij tot dit besluit was gekomen door te weinig belangstelling van zijn westelijke bondgenoten voor het opdelen van Duitsland. Een gebrek aan regie en een overdaad aan bureaucratische erosie hadden uiteindelijk hun tol geëist.

Feitelijk had er al een opdeling van Duitsland plaatsgevonden. Königsberg in Oost-Pruisen (nu: Kaliningrad) was door de Sovjet-Unie geannexeerd, en Stalin had aan Polen als compensatie voor de door hem geannexeerde oostelijke gebieden van Polen de belangrijke Duitse landbouw- en industriegebieden ten oosten van de Oder en de Neisse cadeau gedaan. Stalin had, onvriendelijk gezegd, de buit al binnen. En een verder opdelen van Duitsland was niet in zijn belang vanwege het verkrijgen van herstelbetalingen.

De kwesties rond het opdelen van Duitsland konden echter nog niet worden afgerond. De Franse nakomers zorgden voor een nabrander. Frankrijk had in de oorlog geen heldhaftige rol gespeeld. Stalin had daarom weinig sympathie voor Frankrijk en de Franse verlangens. Generaal De Gaulle had vanuit Londen Frankrijk echter opnieuw uitgevonden. De misère van capitulatie en collaboratie werd bedekt met een mythe van grandeur en heldhaftig verzet: Frankrijk had zo ongeveer zichzelf van de Duitsers bevrijd. Het beschouwde zichzelf in de persoon van De Gaulle als een grootmacht en als een van de overwinnaars in de oorlog.

Al in een radiotoespraak op 5 februari 1945 riep de Gaulle op tot losmaking van het Roergebied van Duitsland, welke staatsvorm Duitsland na de oorlog ook zou krijgen. Het Roergebied moest onder internationaal beheer komen. Op 5 oktober 1945 verklaarde De Gaulle in het Kurhaus van Baden-Baden voor de radio dat hij de Franse bezettingszone, het Roergebied, heel Duitsland ten westen van de Rijn en Hessen wilde annexeren: deze gebieden hadden eigenlijk altijd al tot Frankrijk behoord. Adenauer, bekend als burgemeester van Keulen, protesteerde. Het oosten van Duitsland was al verloren gegaan. Wat zou er met de na aftrek van het door Frankrijk opgeëiste gebied met de twee resterende Duitse rompstaten gebeuren? Zij zouden op deze manier in de armen van de communisten gejaagd en daarmee voor het westen onbereikbaar kunnen worden. Het was volgens Adenauer beter als Frankrijk, België en Duitsland hun economische belangen in een Europese samenwerking zouden bundelen. Dat is dan ook de dominante lijn geworden. Daarmee getuigde Adenauer van een groter werkelijkheidsbesef dan De Gaulle. Zijn visie kwam neer op Duitse anarchie onder Frans protectoraat. Dit standpunt was voor de andere geallieerden, ook voor de Sovjet-Unie, achterhaald. Alleen het Saarland kwam onder Frans bestuur. Op 1 januari 1957 voegde het Saarland zich na een volksraadpleging weer bij de Bondsrepubliek. De opdeling van Duitsland was achterhaald.

Gepubliceerd door dsdiederik

Emeritus predikant met liefde voor geschiedenis. Muzikaal taalkunstenaar. Schrijft over Koude Oorlog.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: